Een meisje van 5 groeit op in turbulente thuissituatie. Ze is getuige geweest van huiselijk geweld (vader richting moeder) en vader blijkt er in het geheim een tweede gezin op na te houden, waar hij het meisje soms stiekem mee naartoe neemt. Het meisje is in groep 1 op het regulier basisonderwijs gestart, maar dit gaat al gauw mis. Ze vertoont ernstige gedragsproblemen; schoppen, bijten, slaan, etc. De veiligheid van de andere kleuters is in het geding. Er wordt een traject opgestart om haar op een passende plek te krijgen. Dit wordt een groep in de ‘Jonge Risico Kinderen’ voorziening, welke bedoeld is als observatieplek voor kinderen van 4-6 jaar die (nog) niet mee kunnen komen in het reguliere onderwijs. Het meisje en haar moeder krijgen hiernaast van verschillende instanties hulp.
Na een halfjaar is er verbetering te zien: het meisje zit inmiddels in groep 2, vader is min of meer uit beeld, thuis is het doorgaans rustig en de gedragsproblemen zijn sterk afgenomen. Ik neem, omdat dit eerder nog niet gelukt is en er wel vraag naar is, een intelligentieonderzoek bij haar af. Hierbij laat ze opstandig gedrag zien zodra ze tijdsdruk ervaart of denkt dat ze iets niet kan. Ze wordt boos en huilt, maar is met complimenten en aanmoediging weer goed aan het werk te krijgen. Het is een wereld van verschil die in relatief korte tijd bewerkstelligd is, ik vind het mooi om te zien en ben blij dat haar leven een positieve wending lijkt te nemen.